OUD EN WIJS Caesar werpt een dobbelsteen
In 51 voor Christus veroverde Julius Caesar Gallië. Heel Gallië? Nee, een klein dorpje bleef dapper
weerstand bieden aan de overheersers. Maar dat is een verhaal dat anderen mogen vertellen. Vandaag gaat het over Julius, geboren in een oude, belangrijke familie, waarvan zijn tak wat was afgegleden. Hij werd dan ook geboren in een van de slechtste en dichtstbevolkte wijken van Rome. Zijn vader bracht het niet verder dan tot praetor, een eenvoudige magistraat, terwijl zijn ooms en overgrootvader van moeders kant allen consul waren geweest. De hoogste magistraat in het keizerrijk, waartoe per jaar slechts twee consuls werden verkozen.
Hij dan ook een lange weg te gaan, maar na een succesvolle militaire en politieke loopbaan en door de tegenstellingen tussen de twee leiders van het moment, Crassus en Pompeius, die alle besluiten van de senaat tegenhielden, lukte het met hen een driemanschap te vormen, het triumviraat, waarbij hij ook tot consul werd benoemd. Na zijn benoeming tot proconsul was het tijd om Gallië te veroveren. Dat duurde een paar jaar: eerst moesten de Zwitsers overwonnen, de Germanen lieten zich ook niet onbetuigd en de Galliërs verenigden zich onder Vercingetorix en verzetten zich tot ze bij het beleg van Alesia verslagen werden. Ondertussen was Crassus overleden en werd Caesar van allerlei misdaden beschuldigd en teruggeroepen naar Rome. Hij was te populair geworden.
Op de terugweg bereikte hij met zijn legioenen de rivier de Rubicon in Noord-Italië. Dat was niet zomaar een grens, erboven was Caesar nog consul en tamelijk onschendbaar, aan de overkant kon hij vervolgd worden. Het was dan ook ten strengste verboden om met een staand leger de rivier over te steken. Dat kon de veiligheid van Rome en de senaat in gevaar brengen en zou als landverraad worden beschouwd. Caesar hield halt bij het water, dat waarschijnlijk geen brede rivier was, zoals uit afbeeldingen zou blijken, maar eerder een riviertje of zelfs slechts een beek, De exacte loop is onbekend. Aan de oever zou een grote, knappe man fluit hebben zitten spelen, waarop er zich herders en soldaten om hem verzamelden. Toen de man opsprong en een trompetter zijn instrument afpakte, blies hij het sein voor de aanval en stak het 13e legioen de rivier over.
‘De Rubicon oversteken’ is nog steeds een uitdrukking die gebruikt wordt om aan te geven dat iets in gang is gezet dat niet meer gestopt kan worden. In dit geval een staatsgreep in Rome die de inleiding tot vier jaar burgeroorlog zou vormen. Volgens de overlevering zou Caesar dit als een teken van de goden hebben gezien, die voor hem de beslissing hadden genomen en sprak hij de legendarische woorden ‘Alea iacta est’, ofwel ‘de teerling is geworpen’.
Tegenwoordig betekent dat ‘op hoop van zegen’, of ‘op goed geluk dan maar’. Er is een besluit genomen, waarvan de afloop niet vast staat. Maar wat is een teerling? Oorspronkelijk was het woord ‘teerning’ of ‘terning’ en betekende ‘dobbelsteen’. Het is afgeleid van het Franse ‘terne’, een dobbelspel waarbij geworpen wordt met drie stenen. Dat is dan weer afgeleid van het Latijnse ‘terni’ dat ‘per drie’ betekent en verwant is aan ‘tres’: drie. Het oversteken van de Rubicon was dus een gok, die goed uitpakte, want Caesar werd alleenheerser over Rome. Totdat hij door de senatoren met messteken om het leven werd gebracht. Waarbij hij niet ‘Et tu, Brute?’ tegen zijn zoon zei, want hij sprak het in het Grieks uit: ‘Κι εσύ γιε μου?’. Shakespeare maakte er Latijn van en van Caesar daarmee van een vermoorde tiran een tragische held.
Reacties
Een reactie posten