RECEPT
VAN WELEER Zoete zuurkoolschotel
Hoewel het niet zo hard waaide, had Sophie, de 1e huishoudster van mevrouw Belle de Fleurdelis moeite om de oprijlaan van de villa van Weleer op te fietsen. Het was ook niet zo, dat ze nu zo vreselijk ver gefietst had. Het dorp, waar ze op bezoek was geweest bij de vrouw van de dokter, een oude vriendin waar het niet zo goed mee ging en die dus een bezoekje van haar des te meer op prijs stelde, dat dorp, lag niet zo heel ver van de villa. Eigenlijk hoefde ze alleen de Straatweg af te fietsen en een paar keer links- en rechtsaf te slaan en dan was ze er. Nee het was de snijdende kou die plotseling was ingetreden die haar de das had omgedaan. Of eigenlijk: had ze maar een das omgedaan toen ze vertrok, dan had ze er waarschijnlijk niet zo’n last van gehad.
Gelukkig kwam de villa al in beeld, nadat ze eerst de stallen was voorbijgefietst. De stallen, waar het altijd warm was, door de grote paardenlijven die die warmte stonden uit te stralen. ’s Zomers was het er juist koel, omdat dan de staldeuren tegen elkaar werden opengezet, zodat er altijd een verkoelend briesje door de stal trok. Maar nu was het er altijd behaaglijk warm. Op een koude dag als vandaag was de kans groot dat de stallenjongens nog steeds met ontbloot bovenlijf het stro bij elkaar veegden uit de boxen en in de kruiwagen schepten. Een beeld dat Sophie altijd weer kon ontroeren, die gespierde jongenslijven aan het werk. Pas als de kruiwagen vol was ging de duffelse jas aan om het stro op de mesthoop te gooien, die achter de stal lag. Gelukkig meestal benedenwinds van de villa, zodat mevrouw er niets van rook.
Bij de villa aangekomen fietste Sophie het paadje af om achterom te rijden en bij de keukendeur uit te komen. Hoogste tijd om weer warm te worden, en waar kon dat beter dan naast het grote houtgestookte fornuis waar Louis, de Franse chef kok van mevrouw, de scepter over zwaaide. Louis was nooit te beroerd om een beker melk warm te maken en er, al naar gelang de smaak van de dag, chocolademelk of anijsdrank van te maken.
Vandaag zou het zeker anijsmelk worden, dat had Sophie onderweg al bedacht en zich op verheugd. En wie weet was er nog iets over van het vijf-uurtje van mevrouw, een paar versgebakken koekjes, een flinke sprits of iets anders lekkers. En anders wachtte ze to na de avondmaaltijd van mevrouw, waar meestal nog twee mensen royaal van konden eten.
Weggooien deed Louis weinig, maar met zijn kookkunsten was dat ook zelden nodig. Sophie wist dat er vandaag een speciale zuurkoolschotel op het menu stond, ook iets om zich op te verheugen. Lekker. Haar avond kon alvast niet meer stuk. Ze zette de fiets tegen de muur en trok de deur open.
De zuurkoolschotel van Louis kun je ook zelf maken: schil een kilo kruimige aardappels, of kook ze in de schil, en snij in stukken. Zet ze in ruim water op met een bouillonblokje of twee en kook in ongeveer 20 minuten gaar. Giet ze af.
Laat de aardappels even uitstomen en voeg de melk toe. Stamp tot een smeuïge puree en roer er de helft van de geraspte kaas doorheen. Zout, peper en eventueel nootmuskaat naar smaak toevoegen.
Dan de zuurkool door de puree mengen en verdeel over een ingevette ovenschaal.
De bananen in plakjes op de puree leggen en de rest van de kaas erover strooien.
Zet de ovenschaal vijf tot tien minuten onder de grill in de oven, tot de kaas gesmolten is en lekker goudbruin kleurt. Voor wat extra pit kun je het serveren met wat chiliolie, sambal of srirachasaus.
Reacties
Een reactie posten