Sinds 1913 herbergt Den Haag het Vredespaleis. Ironisch genoeg was het te laat klaar om de Eerste Wereldoorlog te voorkomen. Wellicht had arbitrage door een internationaal panel die kunnen voorkomen. We zullen het nooit weten. Het Vredespaleis is een uitvloeisel van de twee in Den Haag gehouden Vredesconferenties in 1899 en 1907. Die eerste vredesconferentie was een initiatief van tsaar Nicolaas II, die zag hoe steeds meer landen steeds meer geld uitgaven aan bewapening, legers, marine en oorlogsschepen. Aanvankelijk was er internationaal weinig enthousiasme voor de conferentie, totdat de Verenigde Staten meldden mee te willen doen en er uiteindelijk 26 landen meededen.
Die eerste vergadering had koningin Wilhelmina als erevoorzitter en zij had Paleis Huis ten Bosch beschikbaar gesteld als vergaderruimte. Op die vergadering werd door de 26 landen een aantal verdragen afgesloten, onder andere over oorlogsvoering. Bombardementen vanuit luchtballonen, het gebruik van gifgassen en andere chemische wapens en het gebruik van dumdumkogels werd allemaal verboden. Ook sloten de Amerikaanse staten zich aan bij de verklaring om de kaapvaart uit te bannen en werd er besloten tot een Permanent Hof van Arbitrage. Dat moest natuurlijk een passende huisvesting hebben, en daar spraken de Russische diplomaat Friedrich Martens en de Amerikaan Andrew Dickson White met elkaar over in 1900.
White was bevriend met de steenrijke voormalige staalmagnaat Andrew Carnegie, die wel een bibliotheekgebouw wilde schenken voor internationaal recht. Na wat aandringen bleek hij bereid tot een donatie van anderhalf miljoen dollar voor een gebouw dat het Hof zou huisvesten. Destijds al een tegenwaarde van meer dan drieënhalf miljoen gulden, dat Carnegie direct naar koningin Wilhelmina wilde overmaken. Dat was wettelijk niet mogelijk, dus werd er een stichting opgericht, de Carnegie Stichting, die tot op heden eigenaar is van het gebouw en voor het onderhoud zorgt, tegenwoordig met een subsidie van het Rijk.
Uiteraard werd er een prijsvraag uitgeschreven voor een ontwerp en werden er gronden aangekocht door de Staat der Nederlanden en de Gemeente Den Haag. Voor de bouw van het Vredespaleis werden twee 18e-eeuwse buitenplaatsen, ooit bewoond door koningin Anna Paulowna, tante van de tsaar, aangekocht en gesloopt. Het winnende ontwerp van de Franse architect Louis Cordonnier moest, om binnen het budget te passen, wel een paar torens inleveren. Op de spotprent is te zien dat de tekenaar niet erg gecharmeerd is van de mengelmoes van stijlen die het gebouw dreigde te krijgen. Gelukkig is dat in het uiteindelijke gebouw rechtgetrokken.
Uit veel landen kwamen giften binnen, een vaas van 3200 kilo uit Rusland, een prachtige fontein uit Denemarken, gietijzeren en koperen deuren uit België, een hand gesmeed hekwerk uit Duitsland, enzovoort. Volgens een recent onderzoek levert het Vredespaleis 720 banen op: elke baan binnen zorgt voor 2 banen buiten en brengen de jaarlijkse bestedingen 120 miljoen euro op. Daarnaast zou de internationale arbitrage de wereld miljarden besparen aan economische schade door het voorkomen en oplossen van conflicten. Het is tevens het enige van de zes hoofdorganen van de Verenigde Naties dat buiten New York is gevestigd. Dat alleen is al iets om trots op te zijn!
Reacties
Een reactie posten