Sophie, de 1e huishoudster van mevrouw Belle de Fleurdelis, zat op het bankje buiten de keuken van de villa van Weleer zich onnoemelijk te vervelen. Het werk zat erop, mevrouw was op reis, het was redelijk mooi weer en zij wist even niet wat ze met haar tijd aan moest. “Louihis, ik verveeeeel me’, klonk het klaaglijk. Binnen, in de keuken, was de Franse chef-kok van mevrouw bezig een lunch voor het personeel klaar te maken. Naast hen beiden was er nog een tuinman, een opzichter en twee stallenjongens. De tuinman en de opzichter aten thuis bij hun moeder de vrouw en de stallenjongens togen liever naar het dorp. Ook zij hadden minder te doen als mevrouw op reis was. Dus hoefde Louis alleen voor hen beiden wat klaar te maken en Sophie was al snel tevreden. In Vollenhoven, waar zij was opgegroeid bestond het ontbijt steevast uit pap, werd er tussen de middag warm gegeten, aardappelen, groente en vlees, als Bruin het kon trekken en ’s avonds kon er nog een bruine boterham met reuzel vanaf. ...
Artikelen en recepten uit de tijd van weleer