RECEPT VAN WELEER Kwarktaart met aardbeien
Sophie, de 1e huishoudster van mevrouw Belle de Fleurdelis, was druk bezig de mahoniehouten trapleuning op de tweede verdieping van de villa van Weleer in de olie te zetten. Een klusje dat jaarlijks terugkeerde en waarbij alle trapleuningen in de hele villa werden ingeolied. Dat moest ook met de mahoniehouten kasten in de bibliotheek en de salon, maar dat was een karweitje dat in de winterdagen werd uitgevoerd. Het in de was zetten van de vloeren van de salon, slaapvertrekken en de dinerzaal werd dan weer gedaan tijdens de voorjaarsschoonmaak, als de temperaturen wat stegen, zodat de was lekker smeuïg werd. Daar hoorde de huishoudster de bel in de hal gaan; er stond iemand voor de voordeur.
Zuchtend liep Sophie de trappen af om de bezoeker te woord te staan. Ze had geen idee wie er voor de deur stond. Leveranciers kwamen altijd achterom en werden dan ontvangen door de Franse chef-kok van mevrouw, Louis. Er werden geen gasten verwacht, dus het was vooralsnog een raadsel voor de huishoudster wie er aangebeld had. Bij de deur gekomen werd er weer gebeld, de beller werd blijkbaar ongeduldig, of dacht dat niemand de eerste keer bellen gehoord had. ‘Ja, ja’, mompelde Sophie terwijl ze de deur opendeed. Er stond een man in blauwe werkkleding voor de deur met zijn pet in de hand. ‘Gedag, mevrouw, wij komen de ijskast afleveren die mevrouw besteld heeft.’ Sophie wist van niets; ‘ik heb niets besteld, hoor!’
De man knipperde even met de ogen. ‘Nee, ik bedoel dat de mevrouw van mevrouw die besteld heeft.’ ‘O, zeg dat dan’, was het gevatte antwoord, ‘maar dan moet u niet aan de voordeur zijn, maar achterom: bij de keuken. Als u de kast daar heen brengt, doe ik de deur vast open.’ Het was niet het antwoord waar de man op gewacht had. ‘Kunnen we niet binnendoor? Dat lijkt me een stuk makkelijker.’ ‘Nee’, antwoordde Sophie beslist. ‘Dat wil de mevrouw van mevrouw niet. Leveranciers komen achterom. En ik denk dat een ijskast het best op zijn plek is in de keuken. Bovendien moet u een trappetje op en weer een trappetje af als u binnendoor wilt, dan lijkt het paadje achterom mij makkelijker.’ Zuchtend ging de man akkoord.
In de keuken was Louis deeg aan het kneden. Verstoord keek hij op. ‘De koffie is nog niet klaar, hoor!’ ‘Daar kom ik niet voor, er zijn twee werkmannen onderweg naar de keuken met een ijskast. Wist jij daarvan?’ ‘Ah, eindelijk, de ijskast! Ik weet dat mevrouw die besteld heeft. Dan hoef ik niet voor elk wissewasje en elke fles melk naar de ijskelder. Dat scheelt een hoop heen en weer lopen! En ik kan zelf ijs maken, dat is lekker voor deze zomer! O, en ik ga vandaag nog een kwarktaart maken, dat kan ook in een elektrische ijskast. Dat wordt smullen!’ En dat werd het!
Verkruimel de biscuitjes. Dat kan met een machine, maar ook met een deegroller over een theedoek. Smelt in een pannetje de boter en meng er de koekkruimels door. Strooi de kruimels in de springvorm en druk ze goed aan met een lepel. Zet in de koelkast.
Klop de slagroom stijf met de suiker en de vanillesuiker, schep er dan de kwark door.
Boen de sinaasappel goed schoon en rasp de schil, roer de rasp door het beslag. Pers de sinaasappel en de citroenen uit. Week de gelatine in wat koud water en verwarm het sap, knijp de gelatineblaadjes uit en los de gelatine in het sap op. Roer dit door de kwarkcrème.
Was de aardbeien, snij de kroontjes eraf en snij ze in stukjes. Bewaar een deel voor decoratie. Meng de aardbeistukjes door het beslag en stort het op de koekjesbodem. Smeer netjes uit en laat 2 tot 4 uur opstijven in de koelkast. Smullen maar!
Reacties
Een reactie posten