Vroeger, en sommige lezers hebben dat misschien nog wel meegemaakt, deed een brief of briefje er drie dagen over voordat die bezorgd werd. Als de geadresseerde tenminste niet in een van de koloniale gebieden woonde, dan konden er weken, of zelfs maanden, overheen gaan. Wie iets heel snel wilde laten weten aan een ander, kon een telegram sturen, maar daar betaalde je wel per woord voor. Dat was niet voor iedereen weggelegd. Maar met de komst van nieuwe technieken ging het steeds sneller. De telex, bijvoorbeeld, liet berichten al veel sneller bij de geadresseerde aankomen. Maar die techniek was wel een beetje ingewikkeld, dus ook niet voor Jan en alleman, Soms was het voor nieuwsberichten sneller om het bericht via de telefoon te dicteren, dan eerst een telex te moeten zoeken. Maar sinds de invoering van de computer en, niet te vergeten, de smartphone, is het allemaal nog veel sneller gegaan.
Een nieuwtje kan dus als een lopend vuurtje rondgaan. Vroeger had je daar de dorpsroddeltante voor nodig, tegenwoordig gaan ze per telefoon. Maar waar komt die uitdrukking vandaan? Een bekende uitspraak van de Chinese voorzitter Mao luidt: ‘Eén vonk kan een prairiebrand veroorzaken’, en dat is een waar woord, maar geen lopend vuurtje. Daarmee wordt van oudsher, en het is inderdaad een hele oude uitdrukking, het vuurtje bedoeld van een aangestoken lont, op weg naar een vaatje buskruit. Dat laten ontploffen gaat het snelst door je sigaar in het vat te doven, maar dan ga je, net als Van Speyk, de lucht in. Dan is een lont veiliger en zie je het vuurtje lopen, zodat je jezelf als de wiedeweerga in veiligheid kunt brengen. Vondel schreef al in 1640 in het treurspel Gebroeders: “Zijn yver brandt, gelijck een loopend vier, en vlieght terstont door ’t gantsche rijck” (‘Zijn ijver brandt als een lopend vuur en vliegt razendsnel door het hele rijk’).
Schepen hebben steevast aan de achtersteven een vlag hangen, als teken uit welk land ze komen. Tegenwoordig vaak een vlag van een land waar de belastingdienst ruimhartig is, zoals Panama, waardoor schepen uit allerlei landen onder Panamese vlag varen, zoals dat heet. Voor oorlogsschepen gold dat wanneer zij op ze aan een admiraalsschip voorbijvoeren, uit respect de vlag enige tijd werd binnengehaald, ofwel; gestreken. Maar belangrijker was dat als een schip zich in een zeeslag moest overgeven ook de vlag gestreken werd als teken van overgave. Kwam een schip als de ultieme winnaar uit de strijd tevoorschijn, dan had het zijn vlag nog en zelfs de eigen wimpel nog en zei men dat zij met vlag en wimpel geslaagd waren. Vlaggen en wimpels waren een erg geziene oorlogsbuit, waaraan men kon zien hoe geweldig dapper de bemanning gevochten had. Voer een schip onder een vlag die niet tot de strijdende partijen hoorde, dan werd dat schip met rust gelaten en was het veilig. De vlag dekte de lading, wat we tot op heden nog zeggen.
Wanneer iemand met een schip vertrok, dronk men wel bij het afscheid een borreltje ‘op de valreep’. Dat was van oudsher een touw met knopen waarlangs met aan boord van het schip kon klimmen of zich er langs laten afglijden. Hingen er twee naast elkaar, dan werden die met touwen aan elkaar verbonden en ontstond een soort touwladder. Tegenwoordig meer een soort trap waarlangs men het schip betreedt. Een ‘reep’ is overigens iets dat langer dan zijn breedte is, zoals in bijvoorbeeld een reep stof of een reep chocola. Maar het kon ook ‘touw’ betekenen. Zo is het Engelse ‘rope’ verbonden met ‘reep’.
Reacties
Een reactie posten