Doorgaan naar hoofdcontent

WOORD VAN DE WEEK Verhapstukken

 


Het woord ‘verhapstukken’ is al een heel oud woord, zij het dat het een verbastering is. Tegenwoordig kan het een aantal verschillende betekenissen hebben, al naar gelang de situatie en de context waarin het gebruikt wordt. ‘Hij heeft iets met hem te verhapstukken’ betekent dat iemand iets ernstigs te regelen heeft met een ander. ‘Zij kreeg heel wat te verhapstukken’ wil zeggen dat iemand heel wat te verwerken heeft gehad. ‘Dat moeten zij samen maar verhapstukken’, dat moeten zij onderling maar regelen, ofwel bedisselen. ‘Daar heeft hij heel wat aan te verhapstukken’, daar krijgt hij veel mee uit te staan. Met andere woorden: verhapstukken is een zeer multi-interpretabel en ambigu woord.

 

De eerste keer dat het in schrift is aangetroffen was al in 1573 en het is zodoende in het allereerste Nederlandse woordenboek terechtgekomen in 1599, de zogenaamde ‘Kiliaen’. Destijds was het echter nog ‘verhakstukken’, oftewel schoenen van nieuwe hakstukken voorzien, wat wij tegenwoordig ‘verzolen’ zouden noemen. In 1883 werd het verbasterd tot ‘verhabstukken’ dat met een logische wisseling van de ‘b’ in een ‘p’, zoals het al klonk, zijn huidige vorm kreeg. Destijds werd de uitdrukking ‘daar valt wat te verhakstukken’ gebruikt in de betekenis van ‘daar valt iets te doen, daar is iets aan de hand’: ‘Dies trock hy (de prins) daer nae met weynigh volck na Hollant, in zijn oud Stadhouderschap, daer hy overal ordre stelde en genoegh vant te verhackstucken’. Het verhakstukken werd ook wel ‘verhielen’ genoemd, wat ook toepasbaar was bij sokken: ‘coussen verhielen’. Een ander synoniem in de 16e eeuw was ‘verketelboeten’, of ‘verhakkebanden’, wanneer men zijn schaatsen, wat uiteraard allemaal zogenaamde ‘doorlopers’ waren, van nieuwe hakbanden voorzag.

 

Een schoenmaker heette destijds een schoenlapper, waarbij het woord ‘lap’, uit het Oudsaksische ‘lappo’ voor een stuk stof, zich via de kleermaker ontwikkelde tot een ander woord voor ‘herstellen’. En die schoenlapper kon niet alleen verhakstukken, hij deed ook het verhielstukken en het herstellen of lappen van laarzen, wat weer tot een heel andere bekende uitdrukking leidde, maar dat lap ik er nu aan. Ook kon verhapstukken in de dialectvorm ‘verhabzakken’ ‘armoedig’ betekenen, zoals in de tekst ‘'n Ouden voddenjood, schralen, bleeken, verhabbezakten lompenman’. Of de betekenis ‘verhandelen’ krijgen: ‘Kom, uwes zal wel wat hebbe voor me te verhabzakke?’

Voor de betekenis van ‘veel te verwerken hebben’ kennen wij ook de uitdrukking ‘veel voor de kiezen krijgen’. Het is verbazingwekkend hoeveel spreekwoorden en gezegden er met tanden en kiezen zijn. Wie zijn tanden laat zien, staat niet met een mond vol tanden. Wie haar op de tanden heeft kan het bit tussen de tanden nemen en ergens zijn tanden inzetten. Als hij tot de tanden gewapend is, tenminste, anders zal men zich met hand en tand verdedigen. Voor je het weet loop je op je tandvlees. Maar dat is materiaal voor een andere keer. 😉

 


 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Het bijzondere woord: Hartstocht!

  Het afgelopen seizoen bespraken Louis en Sophie wekelijks een woord van weleer in hun uitzendingen. Je kunt ze hier nog eens nalezen.      In deze rubriek onderzoeken wij de herkomst van woorden in het Nederlands, oftewel de etymologie. Die zou vrijwel zeker niet bestaan in zijn huidige vorm zonder het werk van Cornelius Kiliaan, Cornelis van Kiel, die zijn Brabants dialect vergeleek met andere gewesten en talen in het 16 e -eeuwse Etymologicum Teutonicae Lingua, waarvan de 3 e editie in 1599 verscheen.         Het woord van deze week is HARTSTOCHT: een zelfstandig naamwoord dat wordt omschreven als ‘passie’. Een samenstelling van ‘hart’’ met ‘tocht’ in de zin van ‘trek’ of ‘begeerte’, zoals in het vroegnieuwnederlandse ‘een onkuise toghte des herten’.     Ontstaan uit het Latijnse passio , naast andere combinaties als ‘herts- treck ’’ dat wij bij genoemde Kiliaan terugvinden in 1599.       We zien het ook in het woord ‘tochtig’. Dat is niet alleen e...
  OUD & WIJS Herkenningszinnen                                       Vandaag meende ik een nieuw Nederlands woord te hebben bedacht: ‘herkenningszin’. Het moest een vertaling zijn van het woord ‘ catchphrase ’, een woordje of zin, door een persoon in muziek, toneel, theater, film of televisie gebruikt als… nou ja, herkenningszin. De Googlevertaling van catchphrase bleek ‘slogan’ te zijn. Dat is om te beginnen niet echt Nederlands en dekt de lading niet, naar mijn mening. Een slogan is ook wat mensen roepen bij een demonstratie, zoals ‘M.E.! Weg ermee!’ of ‘Stop fossiele brandstof, NU!’. Dat zijn slogans. ‘ Hamsteréééén !’ is een beetje van allebei. Maar wie schetst mijn verbazing: herkenningszin was al bedacht! Al heeft het Van Dale nog niet gehaald, h et staat in allerlei wetenschappelijke verhandelingen en heeft ook met IT te maken. De eerste teleurstelling van...

FOTO VAN WELEER 28 juni 1965 Beatrix verloofd met Claus von Amsberg

  Het was een van de meest bekeken foto’s van 1965: het beeld waarop prinses Beatrix gearmd door de tuin van kasteel Drakesteyn liep met een onbekende man. Er werd een heuse klopjacht ingezet om achter de identiteit van de man te komen. De foto was gemaakt door freelance fotograaf John de Rooy, die met Haagse Post-verslaggever Eelke de Jong in de bosjes rond het kasteel had gelegen. Hij had al tweemaal afgedrukt, toen het jonge paar weer vanachter een boom tevoorschijn kwam. De Rooy drukte weer af, maar het geluid van de motordrive van de camera werd gehoord en haastig blies het paar de aftocht.   Het duurt dagen voordat er duidelijk wordt wie er met de prinses in de tuin liep. Beatrix weigert zijn naam te noemen, de koningin is boos en verontwaardigd dat haar dochter niet met rust gelaten wordt, zeker bij zo’n belangrijke beslissing als wie haar echtgenoot zou kunnen worden. Ondanks aandringen bij de minister-president, KVP’er Jo Cals, door de hoofdredacteur van De Tele...